Sterilisatie en castratie 

Castratie van rammelaars en sterilisatie van voedsters heeft veel voordelen.  
Tussen 3, 5 en 8 maanden komen konijnen in de puberteit. Bij mannetjes betekent dit vaak extreem sproeigedrag, ze hebben een sterke neiging om hun territorium af te bakenen. Daarnaast vechten ze vaker (vooral 2 mannetjes bij elkaar, ook bij broertjes) en kunnen ze agressief gedrag vertonen. Ook voedsters kunnen gaan vechten of agressief gedrag vertonen. Vaak zijn dit soort klachten hormonaal en kan een castratie/sterilisatie helpen.  
 
Sterilisatie adviseren we ook bij een voedster als er geen plan is om haar een nestje te laten krijgen. Voedsters lopen het risico baarmoederkanker te krijgen. Dit risico begint na het 2e jaar en loopt met de jaren op. Op de leeftijd van 5 jaar heeft een vrouwtje 50% kans om baarmoederkanker te krijgen, op 9 jarige leeftijd is dit percentage nog hoger. Deze baarmoederkanker is altijd kwaadaardig. De beste leeftijd voor deze operatie is tussen 6 maanden en 2 jaar.  
 
Algemeen 
Een konijn mag beslist nooit vasten voor een operatie. Een konijn moet altijd voedsel in de darmen hebben. Dus voor de operatie/ingreep mag het konijn gewoon eten.  
 
Elk geopereerd konijn, wat voor operatie dan ook, moet na de operatie in huis gehouden worden. Het moet een warme plek hebben, misschien een kruik. Een konijntje dat onder narcose is geweest is minder goed in staat zijn/haar lichaamstemperatuur te regelen. Een gecastreerd konijn kan het beste op een dekentje of een oude handdoek gezet worden, zodat de operatiewond schoon en droog blijft.  
 
Nog een reden om het konijn in de huiskamer te houden is dat je zo goed kunt opletten of zij/hij weer gaat eten en drinken.  
 
Het is zaak dat een konijn binnen 12 uur na de operatie weer gaat eten. Indien dat niet geval is, neem altijd contact met ons op en start met dwangvoeren.